20 December 2001
- Mesen
- Bron: Het Nieuwsblad
MESEN - Op 13 januari worden twee nieuwe klokken ingezegend voor de Mesense Vredesbeiaard, het levenswerk van Albert Ghekiere. Een ervan is een Duitse klok, de ,,Millennium'', betaald door diverse Duitse instanties. Voor Duitsers die de frontstreek van de WO I willen bezoeken, niet echt een drempel meer. Tien jaar geleden was dat wel nog het geval, weet Albert Ghekiere.
Albert Ghekiere, de bezieler en promotor van de Vredesbeiaard is nu 68 en laat het werk over aan anderen. ,,Ik word een jaartje ouder en moet ook wat op mijn gezondheid letten. Bovendien zit ik met stapels archieven, die ik in de loop der jaren heb verzameld. Die moet ik dringend gaan ordenen en dat zal jaren werk kosten. Met de twee nieuwe klokken erbij, zal de beiaard 54 klokken tellen. Het is mooi geweest. Er is nog ruimte voor vier kleine en drie grote klokken, maar dat zal voor mijn opvolgers zijn.''
De andere klok die op 13 januari wordt ingezegend, is de ,,Jubileum''. Ze wordt betaald met internationale schenkingen onder andere van diverse Britse middelbare scholen. De ,,Milennium'' wordt betaald door de hertog van Saxen, de regeringen van Saxen en van Baden-Wurtenberg, de regio Vogtland in Saxen en de stad Plauen aan de Tsjechische grens.
Slachtoffer
Albert Ghekiere bekijkt het oorlogsverleden met de nodige zin voor relativeren. ,,Onze regio werd compleet kapotgeschoten door de oorlog, maar eigenlijk is het Duitse volk zelf het eerste slachtoffer van het Nazisme. Het feit dat ze twee oorlogen hebben verloren, zit er nog altijd dik in. Maar als je daarover met ze praat, dan is het ijs vlug gebroken.''
,,Trouwens, de initiatiefnemer voor die Duitse klok is een Duitse veteraan van de Tweede Wereldoorlog. Zijn vader had hier in Mesen gevochten. Hij had zelfs het Kerstbestand in 1914 meegemaakt. Ook de Duitse kolonel Hans-Willem Möser uit de regio Rheinland-Westfalen, die eerder al in Mesen op bezoek was, heeft meegeholpen voor de realisatie van de Duitse Milennium-klok. We merken dat alsmaar meer Duitse toeristen hier op bezoek komen. Ook voor hen is het zoeken naar relicten van hun grootvader, grootoom, overgrootvader of overgrootoom. Net als voor de nabestaanden van de geallieerden.'' (PLI)