Twee bescheiden bunkers in Zuidschote
In de Grenadiersstraat en in de Steenstraat (Lizerne)

(Volgend artikel werd ontleend aan De Boezingenaar, Tweemaandelijks Tijdschrift over Boezinge en Zuidschote Toen en Nu, jg. 32, nr. 4, jilu 2005.)

Een bunker is een (lelijk) betonnen ding, dat meestal ergens ver in een weide staat. Als je er een wil zien, moet je dus wel speciaal en in de verte kijken, niet bij de straatkant. Dat dacht ondergetekende ook. En dus fietste hij in Zuidschote tientallen keren op ongeveer 2 meter een een bunker voorbij zonder die op te merken ! Tot z'n blik er op zekere keer toevallig op viel.

Dat was in de Grenadiersstraat, bij de enige boerderij in die straat, het Withof (bewoond door André en Magda Cappelle-Vandeputte). Die bunker ligt inderdaad vlak bij de straat, weliswaar achter enkele boomstammen 'verscholen'. De Grenadiersstraat is de straat die loopt vanaf het Grenadiersmonument (hoek Generaal Lotzstraat en Grenadiersstraat), richting Steenstrate (uitkomend vlak bij het Gasaanvalmonument (Verzoeningskruis)).



Wat ons toen we hem verleden winter ontdekten, opviel, was dat hij zo goed als 'nieuw' was: geen kogelinslagen noch obusbeschadigingen. Zou hij van W.O. II dateren ? Navraag leerde ons dat hij wel degelijk van W.O. I is. Dat hij geen Duitse bunker was, was gezien de ligging (ten westen van het kanaal) duidelijk, en verder onderzoek leerde dat hij gebouwd moet geweest zijn na de zomer van 1917. (D.i. na het uitbreken van de Derde Slag van Ieper, die in okt.-nov. 1917 het 'hoogtepunt', of dieptepunt, kende : Passendale.)

De Britten zijn eigenlijk pas laat begonnen aan de bunkeraanleg. Dat paste niet in hun offensieve instelling. Bunkers bouwen betekende in hun visie : zich neerleggen bij de vastgelopen toestand, zich 'ingraven', de wil opgeven vooruit te stoten. En voor hen moest het: Vooruit! Een opvatting niet verenigbaar met de aanleg van bunkers. De Duitsers zagen het anders, en legden in onze streek reeds kort na de Tweede Slag van Ieper (gasaanval 22 april 1915) een gigantisch bunkernetwerk aan (pill-boxes e.a.). Toen de Duitsers in de Derde Slag van Ieper achteruitgedrongen werden, en de Geallieerden vooruittrokken (tot aan Passendale), besteedden laatstgenoemden wél aandacht aan de bouw van bunkers, voor het geval de Duitsers weer zouden oprukken. (Wat in de Vierde Slag van Ieper (april 1918) effectief gebeurde!) Wel hebben we niet kunnen achterhalen of de bunker van Britse (waarschijnlijk niet), van Franse of van Belgische makelij is.

Het is een bescheiden geval, 2 meter hoog, en 6,65 x 4 meter. Eigenlijk geen echte bunker, maar een dubbele mitrailleurspost. We geven hierbij 2 foto's. Een met de zijkant (straatzijde), waarop ook de achterkant te zien is, met één van de twee toegangen. De andere foto toont de voorzijde, gericht naar Steenstrate, met de twee schietgaten voor de machinegeweren. Deze twee trechtervormige schietgaten (d.i. breed aan de buitenkant, smal aan de binnenkant) meten 0.30 m hoog, en in de buitenbreedte 1,30 m.





Een bunker is beton, dat weten we natuurlijk. Met dikke muren, en een dik plafond. (Helaas zijn we vergeten bij de opmeting de dikte van het plafond te meten, maar we schatten de plafonddikte toch ook wel op ong. 0,80 m.) Maar misschien beseffen we onvoldoende dat door al dat beton, de binnenruimte behoorlijk krap werd. Daarom drukken we ook een plan af, een bovenzicht dus (zonder plafond). Wat met schuine strepen gearceerd is, is beton. Let ook op het tussenstuk in het midden, voor de versteviging, van het dak, en voor het scheiden van de 2 mitrailleurs. Denk er ook aan dat de beide toegangen slechts 0,80 m breed en 1,00 m hoog zijn. En dat de trechtervormige schietgaten slechts 0.30 m hoog zijn : dus veel beton, weinig ruimte.



En terwijl we toch in de buurt zijn, brengen we nog even een bezoekje aan een tweede … nou ja, 'bunker' mogen we niet zeggen, maar toch een schuilplaats van tijdens W.O. I. Namelijk in de Steenstraat. Welteverstaan: de straat vanaf het kruispunt van Lizerne richting Steenstrate, een paar tientallen meter oostwaarts van het kruispunt, aan de noordzijde van de straat, in nr. 77. (500 meter ten zuiden van de vorige constructie. Zie ligging op het kaartje, met kleiner pijltje.) Daar wonen Frans Verleye en Jenny Depuydt. Het bleek dat er achteraan de woning Verleye - Depuydt een 'aardehoop' was. 'Of dat misschien iets van de oorlog zou zijn ?' En jawel, dat was het inderdaad. Geen bunker, maar wel een schuilplaats gemaakt uit 'olifantenplaten' (grote halfronde golfplaten) met daarop aarde ter bescherming.



Opmetingen gaven het volgende resultaat. De eigenlijke golfplatenconstructie is aan de basis 4,20 m breed, en is 1,80 m hoog. De diepte, van voor- tot achterkant, meet binnen 5,65 m. De voorkant (met een deuropening van 0,70 m breed en 1.55 m hoog) en de achterkant zijn van metselwerk dat wel van ná de oorlog moet dateren. Over de constructie is dan aarde aangebracht - begroeid met gras -, een laag van ongeveer 0,50 m dik. Aan de basis is die laag dikker, waardoor heel de constructie daar 5.50 m breed is.



Duidelijk geen gevechtspost, maar een schuilplaats (shelter). Wie ze aangelegd heeft (Fransen, Britten of Belgen), weten we niet. (Zeer waarschijnlijk niet de Duitsers, want die zijn eind april 1915 slechts een tweetal dagen in Lizerne geweest.) En we weten ook niet wie erin gescholen heeft. Misschien ook de burgerbevolking, later in W.O. II ? Wie er nu in schuilt, weten we wel, want er hingen toen we er waren (eind mei) een reeks vogelnestjes. Maar welke soort die gevleugelde bewoners precies waren, dan zijn we vergeten. Even vragen aan Frans en Jenny. Die we overigens bedanken voor de gastvrijheid.

(Aurel Sercu)