Poperinge-stad was bijna de hele oorlog in Britse handen. Het was een belangrijke plaats omdat het de dichtste plaats bij Ieper was die relatief veilig was voor bombardementen en aanzienlijk groot. Aanvankelijk was het een centrum voor Casualty Clearing Stations maar in 1916 werden deze verder teruggetrokken en vervangen door Field Ambulances. Poperinge Old Military Cemetery werd gestart in oktober 1914. De laatste Britse bijzettingen vonden plaats in mei 1915. 1 man van het Chines Labour Corps werd er nog begraven in mei 1919 (Plot II rij O). De ongeveer 800 Franse en Belgische militaire graven en de bijna 500 burgerlijke graven werden na de oorlog weggehaald. De meeste burgers die hier begraven lagen, stierven ten gevolge van een tyfusepidemie in 1914 waarvoor ze verzorgd werden in een noodhospitaal in het nabije kasteel (nu verdwenen).
Er worden nu 451 Commonwealthdoden en 2 doden met een andere nationaliteit herdacht. Hiervan zijn er 20 niet-geïdentificeerden. 'Special memorials' werden opgericht voor 5 militairen uit het Verenigd Koninkrijk en 2 uit Canada "Known/Believed to be buried in this cemetery". De begraafplaats heeft een oppervlakte van 1851 m² en is door een rode baksteenmuur omgeven.
Bijzettingen (Commonwealth War Graves Commission):
- Verenigd Koninkrijk: 403
- Canada: 48
- Totaal Commonwealth: 451
- Andere nationaliteiten: 2