Georges Guynemer
Bron: artikel van Bertin Quaghebeur en Hugo Dewulf, verschenen in de Westland Gidsenkroniek, 43ste jaargang, nr. 5, september-oktober 2005

°24 december 1894 Parijs … 11 september 1917 Poelkapelle

Op 19 juli 2005 was het precies 90 jaar geleden dat Georges Guynemer zijn eerste officiële overwinning behaalde. In deze bijdrage willen we even terugblikken op het boeiende levensverhaal van deze Franse Aas. Het is zeker niet de bedoeling zijn hele biografie te brengen of om de vele raadsels omtrent zijn dood op te helderen. We willen eerder enkele facetten van zijn leven belichten aan de hand van getuigenissen die eerder al in Franse versie gepubliceerd werden.

Georges Guynemer werd geboren op 24 december 1894 in Parijs. Hij behoorde tot een voorname Franse familie van Bretoense afkomst. Hij kende een zorgeloze jeugd omringd door een zorgzame moeder en twee oudere zussen. Hij was een stil kind en niet zo sportief. Hij hield van schermen en rolschaatsen. Hij had wel een voorliefde voor mechaniek. Hij ontwierp speelgoed voor zijn zussen en alles wat met techniek te maken had, trok zijn aandacht. Hij studeerde in Compiègne en bereidde zich voor op een ingenieursstudie aan de Ecole Polytechnique Saint-Stanislas in Parijs. Toen hij daar in 1911 een vliegtuig over zijn school zag scheren, wist hij dat het zijn ultieme wens was piloot te worden.

Hij had echter een zwakke gezondheid. Toen de oorlog uitbrak bevond hij zich met zijn familie in Biarritz om er uit te rusten. Onmiddellijk wilde hij zich melden bij het leger, maar zijn droom stootte op medische en administratieve barrières. Hij werd vijf maal afgewezen maar uiteindelijk op 23 november 1914 toegelaten op de vliegschool te Pau. Hij studeerde mechaniek maar hij was meer terug te vinden tussen de piloten en hun toestellen dan in de ateliers. In januari 1915 kon hij zijn droom waarmaken: hij werd piloot …

"Zijn carrière als vliegenier kent echter een moeilijke start: in januari en februari heersen er ongunstige weersomstandigheden. Sneeuw bemoeilijkt de proefvluchten, maar vanaf maart kan hij met een 'Blériot XI' en later met een 'Morane' de lucht in. Met heel wat inzet en doorzettingsvermogen voert hij alle opdrachten en oefeningen uit. Zijn vastberadenheid is wel één van zijn belangrijkste karaktertrekken. Hij doorstaat alle proeven en verlaat eind maart 1915 de school met een militair brevet om de algemene reserve van de luchtmacht te vervoegen. Met u 90 uren vliegervaring wordt hij ingedeeld bij de "Escadrille N°3 des Cigognes".

Zijn verhaal van gevechtspiloot tijdens W.O.I hebben wij samengevat op volgende bladzijden, de foto's werden ons bezorgd door Frans Descamps uit Ieper."

Foto anno 1915



Foto anno 1917



Van moeilijk begin tot tragisch einde

"Zijn jeugdig uiterlijk en tengere lichaamsbouw doen zijn kameraden de wenkbrauwen fronsen, maar hij weet snel waardering af te dwingen door zijn doortastendheid en niet te stoppen inzet. Hij kent nochtans een moeilijk begin: bij een landing wordt een toestel vernield.

In juni stijgt hij op voor verscheidene verkenningsopdrachten, waarbij hij het noodzakelijke fotomateriaal verzamelt, enkele bombardementen en een paar jachtvluchten uitvoert. Omdat hij niet echt au sérieux wordt genomen, onderneemt hij toch enkele gevechtsvluchten. Na enkele tegenslagen behaalt hij dan toch op 19 juli 1915 zijn eerste succes. Hij stijgt op om een Duits vliegtuig te onderscheppen dat gesignaleerd was boven Cœuvres, maar het kiest het hazenpad. Op de terugweg ontmoet hij echter een Aviatik die richting Soissons vliegt. Guynemer snijdt hem de weg af en met een handig manœuvre brengt hij zijn mitrailleur Guerder in de meest geschikte positie om te vuren.

Het Duitse toestel wordt vol geraakt en stort brandend neer in het dorpje Septmont. Eens terug geland worden het tweetal uitgebreid gefeliciteerd door enkele jongens van de artillerie die het adembenemende luchtgevecht van op de begane grond hebben gevolgd. Ze ontvangen allebei een onderscheiding en de volgende dag is Guynemer sergeant. De twee volgende opdrachten verlopen minder succesvol. Op 25 september moet hij Charles Goulard, die een trein moet laten opblazen, achter de vijandelijke linies brengen. Charles slaagt in zijn opzet, maar wordt gevangen genomen en gefusilleerd. Guynemer die op zijn terugweg met een sterke tegenwind wordt geconfronteerd, kan slechts met veel moeite zijn basis bereiken. Ook tijdens de tweede zending op 1 oktober verloopt de terugvlucht niet van een leien dakje. Slechts op het laatste nippertje bemerkt hij dat het terrein waarop hij wil landen met prikkeldraad overspannen is.

Een tweede vermelding verzacht de pijn van deze moeilijke week. Maar Guynemer gaat onvermoeibaar verder met zijn jachtvluchten. Op 6 november valt hij een LVG aan boven Chaulnes. Dit treffen betekent bijna het einde voor Guynemer. Hij heeft de stuurknuppel losgelaten om de mitrailleur te kunnen bedienen waardoor hij bijna tegen zijn tegenstrever aanbotst. Hij kan zich nog op het nippertje afwenden en maar bij de landing stelt hij vast dat een paar onderdelen van zijn vliegmachine ontbreken.

In december heeft hij meer geluk. Hij behaalt drie overwinningen in twee weken tijd. Hij heeft nu 14 luchtgevechten achter de rug waarvan er vier overwinningen erkend worden. Op zijn 21e verjaardag wordt hij een medaille van het Légion d'Honneur opgespeld.

Bonnemaison (Champagne) - 5 juli 1917 - Op het terrein 'des Cicognes' ontvangt de 22 - jarige Guynemer uit handen van generaal Franchet d'Esperey, de onderscheiding van 'la Légion d'honneur'.



Op 3 februari 1916 behaalt hij zijn eerste dubbele overwinning (op één dag). Eigenlijk zijn het er drie maar slechts 2 werden erkend. In de sector van Roye bemerkt hij een LVG die op hem af komt. Hij nestelt zich achter het Duitse toestel en vuurt vanop 100 meter enkele korte salvo's. De vijand stort neer maar achter de Duitse linies. Op de terugweg ondergaat een tweede LVG hetzelfde lot. Een derde eveneens, maar deze overwinning wordt niet gehomologeerd. Niet getreurd, de dag erop behaalt hij zijn zevende zege. Voortaan krijgt hij de vermelding "As" (Vanaf 5 overwinningen kreeg je de titel "As" in Frankrijk. Ook in het Belgisch leger werd deze titel gebruikt, "Aas" voor de Vlamingen. In Groot-Brittannië gebruikte men de vermelding "Ace". In Duitsland "Kanone"). In maart wordt zijn escadrille overgeplaatst naar het front van Verdun, dat sterk op de proef gesteld wordt door de nieuwste Duitse vliegtuigen.

Reeds op 12 maart, kort na zijn aankomst vernielt hij een LVG tweezitter vlakbij Ribécourt. Overtuigd dat het geluk hem toelacht, stijgt hij de volgende dag op met het vaste voornemen minstens twee vliegtuigen neer te halen. Eerst verjaagt hij een groep verkenningsvliegtuigen, daarna richt hij zich op twee jagers die voor hem opduiken. Het eerste toestel raakt hij kwijt, maar hij mist het tweede en zelf wordt hij getroffen door kogels in gezicht en arm. Met een ferme duikvlucht kan hij ontsnappen en landt hij veilig in Brocourt. Hij krijgt weer een eervolle vermelding: 'Eenentwintig luchtgevechten in acht maanden, acht Duitse vliegtuigen verslagen waarvan zeven binnen of in de nabijheid van de Franse linies'.

Op 12 april wordt hij onderluitenant benoemd. Hij heeft slechts één zorg: zo snel mogelijk het gevecht hervatten om het affront te wreken zelf geraakt te zijn. Hij brengt zijn herstelverlof door op het landgoed van de familie in Compiègne. Hij hervat de gevechtsvluchten op 22 juni 1916. Samen met copiloot Chainat die hem op een verkenningsmissie vergezelt, vernield hij een LVG bij Rosières-en-Santerre. Hij behaalt nog twee successen in juli. Hij heeft er nu 348 uren front op zitten, haalde 11 vliegtuigen neer en kreeg 10 vermeldingen.




De succesreeks gaat verder in augustus (1 overwinning.) In september vliegt hij voor het eerst met een SPAD S-VII. Vooral 23 september is een roemrijke en tegelijk dramatische dag. Vroeg in de morgen bemerkt hij dat een collega door vijf vijandelijke jagers belaagd wordt. Hij snelt ter hulp. Hij verslaat twee tegenstrevers (hoewel slechts één overwinning erkend wordt) en gaat ten slotte ook de derde succesvol te lijf maar wordt uiteindelijk in een vleugel door een (Franse) granaat getroffen. Ondanks verwoede pogingen kan hij het toestel niet in de lucht houden en stort hij neer nabij Fescamps. Zijn vliegtuig is compleet vernield maar hij is op miraculeuze wijze ongedeerd. Met een zeker gevoel voor humor stelt hij vast dat "het Franse afweergeschut haar doeltreffendheid heeft bewezen." Na enkele dagen rust neemt hij weer zijn plaats aan het front in. Tijdens de maand oktober kent hij veel technische problemen met zijn nieuwe vliegtuig.

Maar op 10 november lacht het geluk hem weer toe. Terwijl hij zich achter de Duitse linies bevindt, bemerkt hij vier Duitse toestellen die de Franse loopgraven naderen. Zijn eerste uitdager stort brandend neer ten zuiden van Nesles. Nog geen tien minuten later is een Albatros tweezitter het doelwit. Hij treft eerst de schutter en stelt dan de piloot buiten strijd. Het stuurloze toestel stort neer in een ravijn bij Morcourt.
Guynemer sluit na deze derde dubbel de maand december af met nog twee overwinningen.

De succespiloot brengt daarna enkele dagen in Parijs door, niet om te rusten maar om een project uit te werken dat hij al geruime tijd aan het voorbereiden is. Hij wil een toestel SPAD S-XII van 200 pk met een 37 mm geschut uitrusten. Hij zal er pas op 5 juli voor de eerste keer mee vliegen.

Guynemer poseert voor zijn SPAD S-VII, toestel overgenomen van Charles Bonnart (bij zijn aankomst bij de Escadrille N°3) en die oorspronkelijk de naam Nieuport II droeg. De nieuwe naam van 'Vieux Charles' beviel Guynemer blijkbaar goed. Op 4 september 1916, toen hij voor het eerst dit type toestel vloog, behaalde onze 'aas' zijn 15de overwinning door een Duitse Aviatik neer te halen (Mach 31, p 1238-1239).



Voorlopig blijft hij met zijn vertrouwde SPAD S-VII de successen opstapelen. Op 16 maart 1917 behaalt hij drie overwinningen, op 25 mei moeten zelfs vier tegenstrevers het onderspit delven. Hij wordt hiervoor als officier in het Légion d'Honneur door generaal Franchet d'Esperey op 5 juli gedecoreerd.

Eindelijk kan hij met zijn SPAD S-XII uitpakken. Zoals al zijn voorgaande toestellen geeft hij het de naam Vieux Charles. Deze naam herinnert aan zijn beginperiode bij het Escadrille N°3. Het toestel dat hem toen toegewezen werd, was de Nieuport 11 van Charles Bonnart die op dat moment het escadrille verliet. Bonnart had het toestel 'Vieux Charles' gedoopt, een naam die Guynemer wel beviel en zou behouden.

Tegen het einde van juli heeft Guynemer de kaap van 50 overwinningen bereikt. Toch wil hij het niet wat voorzichtiger aandoen, of een rustiger job zoeken. Op 20 augustus behaalt hij een 53e overwinning. Het zou zijn laatste worden. Hij haalt een DFW neer vlak bij Poperinge, maar wordt dan het slachtoffer van een Engelsman die hem per abuis voor een Duitser hield en prompt het toestel beschiet. Toch weet Guynemer zijn gehavende vliegtuig in Saint-Pol-sur-Mer aan de grond te zetten. Daarna kent hij verschillende tegenslagen en gedurende 14 vluchturen kan hij geen enkel duel succesrijk afronden.



Op 11 september 1917 stijgt de Vieux Charles voor de laatste keer op. Guynemer vertrekt om 8 uur 25 op verkenning boven de slagvelden van de Westhoek. Hij is in gezelschap van zijn vriend onderluitenant Bozon-Verduraz. Die verliest hem uit het oog boven Poelkapelle.
Bij zijn terugkeer rapporteert Bozon-Verduraz dat hij zijn chef na een kort gevecht uit het oog heeft verloren.

Niemand wil geloven dat Guynemer omgekomen is. Nog op 26 september wordt een communiqué gepubliceerd waarin gesteld wordt dat het juist is dat Guynemer vermist is maar dat er geen aanwijzingen zijn voor zijn dood. Eindelijk wordt het dan toch officieel. Guynemer is neergestort tussen de Britse en Duitse linies bij de begraafplaats van Poelkapelle.

Een Duitse patrouille vindt de piloot, getroffen door een kogel in het hoofd. Ze beperken zich tot het wegnemen van zijn identiteitskaart want de gevaarlijke toestand laat het op dat moment niet toe het lichaam mee te nemen. Kort daarop wordt het toestel vernietigd door een Britse artilleriebeschieting. Het lichaam van Guynemer wordt nooit teruggevonden.

Het Duitse opperbevel erkent Kurt Wisseman als de overwinnaar van Guynemer. Wisseman zou later ook sneuvelen … "

Neergestort Frans vliegtuig van het SPAD-type, waarmee ook Guynemer heeft gevlogen en tientallen Duitse toestellen neergehaald (Fotoverzameling O.G.).



Over de vele overwinningen van Georges Guynemer is heel wat literatuur terug te vinden. Maar eveneens benadrukken vele schrijvers het ongelooflijke doorzettingsvermogen van de tengere piloot. Zijn onstuitbare wil om piloot te worden en om kost wat kost zijn zending uit te voeren, maken van Guynemer een boeiende persoonlijkheid. Het relaas over de beginperiode geschreven onder eed door Bernard-Thierry, commandant van de militaire Ecole d'Aviation van Pau, geeft ons een uniek beeld van de jonge Guynemer.

… Tegen het einde van 1914 ontving ik op een morgen in mijn bureau een heer vergezeld van zijn zoon. Na een korte kennismaking met de heer Guynemer werd ik door hem met aandrang gevraagd zijn zoon aan te nemen in de hoedanigheid van aspirant-piloot. De jonge student wilde absoluut zijn land dienen en had de luchtmacht hiervoor gekozen. Ik moest er de heer Guynemer op wijzen dat het mij onmogelijk was aan deze wens te voldoen omdat het niet ik was die hierover beslissingen nam, maar het Ministerie van Oorlog en verder dat de kandidaten werden gekozen uit mannen uit het leger die een opleiding beëindigd hadden.

De heer Guynemer antwoordde dat zijn zoon zich reeds had aangeboden in vijf rekruterings- bureaus om er een verbintenis te tekenen, maar dat hij overal geweigerd was geworden omwille van zijn zwak gestel. Omdat hij wist dat de verplichting bestond een positief medisch advies te krijgen, kwam hij juist naar mij toe om hem een goede aanbeveling te geven of minstens een middel te verschaffen om bij de luchtmacht te dienen.

Na een lang gesprek, waarbij ik de jongeman feliciteerde om zijn volharding en goede wil moest ik afronden met de opmerking dat ik geen oplossing kon bedenken voor het gestelde probleem.
Ze verlieten mijn bureau. Gedurende het gesprek was de emotionele houding van de student mij bijgebleven. Hij klampte zich vast aan elk woord dat hoop bracht, zocht vruchteloos naar een uitweg, steeds aandringend op een oplossing. Toen de jongeman uiteindelijk de deur uit stapte, weende hij. Ik voelde erg met hem mee.
Nog geen twee of drie minuten later nog ontroerd door dit gesprek en geraakt door het verheven verlangen van een jongeling die zijn land wilde dienen in deze vreselijke uren, bedacht ik me. Ik zou een oplossing vinden. Ik gaf opdracht om het voertuig richting Pau te onderscheppen en hen terug naar mijn bureau te brengen. Een kwartier later stonden ze weer voor mijn bureau.
Het was juist het moment voor het dagelijks rapport. Ik gaf orders en tekende enkele documenten. Plots kreeg ik een idee en vroeg aan de jonge Guynemer: "Kent u wat van mechaniek? U hebt waarschijnlijk wat met X- en Y-assen gewerkt in de wiskundeklas maar ik vermoed dat u geen enkele notie hebt van de praktijk."

Hij knikte bevestigend, maar schuchter. Ik voelde dat hij nee had willen zeggen op de eerste vraag maar dat hij toch ergens een lichtje zag branden. "Wel, aanvaardt u dan om als leerling-technicus dienst te nemen voor de duur van de oorlog, en zelfs als boordwerktuigkundige eenmaal uw opleiding erop zit? Zo bent u op goede weg en ik zie dan wel wat ik voor u kan doen."
Ik wees hem erop dat hij slechts dienst kon nemen als hulppersoneel omdat hij geen medisch attest of militaire opleiding had en dat hij slechts een opleiding als aspirant-piloot kon krijgen nadat zijn militaire geschiktheid erkend zou zijn. Guynemer stond op en hoewel hij nog een burger was, bracht hij mij spontaan een militaire groet, me zeggend dat hij om het even wat aanvaardde zolang hij maar iets nuttigs kon doen.

"Dienst nemen voor de duur van de oorlog" bleef een probleem. Hiervoor was een rechtvaardiging van mij nodig indien ik als korpsoverste hiertoe toestemming gaf. Het rekruteringsbureau mocht slechts specialisten voor de luchtmacht aanvaarden en niet zomaar om het even wie. De enige oplossing bestond erin hem een certificaat van een examen als professioneel technicus af te leveren. Ik tekende het certificaat op staande voet, vergezeld van een wettige toelating om in militaire dienst te treden als vliegtuigtechnicus.

Ik ga de jonge kerel nog enkele bijkomende aanbevelingen zoals de raad om in Pau een blauwe kiel te kopen om zich voor te stellen aan de commandant dit om het gesjoemel wat aan het oog van de officier te ontrekken.
Ik telefoneerde zelf naar de commandant van het bureau om hem de komst van de nieuwe rekruut aan te kondigen en beklemtoonde de hoogdringendheid van de zaak.
Dezelfde dag nog, om 16 uur, stond de jonge Guynemer, nu wettig in dienst getreden, weer in mijn bureau. Hij was nu soldaat. Ik liet een officier roepen die belast was met de werkplaatsen en gaf hem het order om de jonge militair onder zijn hoede te nemen en hem cursussen mechaniek te geven buiten zijn diensturen, zowel in de werkplaatsen als op het vliegveld.

Vanaf dit moment liet ik onze toekomstige aas over aan zijn studies en zijn werk. Bijna dagelijks kwam ik hem tegen naast de oefenbanen. Hij duwde met zijn collega's de vliegtuigen naar hun plaats op de baan, hij versleurde benzine- en olievaten … Besmeurd met olie beet hij gulzig in een homp brood alsof hij lange tijd niets had gegeten, zijn blik onafgewend van de vliegtuigen die door de lucht scheerden.

Verschillende keren vroeg ik hem: "Bevalt de job je?" Iedere keer antwoordde hij bevestigend, waarna hij er snel aan toevoegde:" Wanneer mag ik vliegen?" Ik wees hem erop dat hij eerst zijn studie moest afmaken en dat hij officieel moest worden aangeduid. Iedere keer bemerkte ik in zijn trieste blik een teken van ongeduld, zelfs een soort van ingehouden woede. Ik kon hem niet helpen.

Eind januari, nadat ik mijn vliegtuig aan de grond had gezet, duwden Guynemer en twee andere jongens het de loods binnen. Van zodra hij er de kans toe kreeg, vroeg hij mij: "Kunt u mij niet meenemen in de lucht?" Dit was natuurlijk niet toegelaten voor personeel.

Op een dag kreeg ik een telefoontje van het Ministerie van Oorlog. Generaal Hirschauer meldde me dat op 3 februari een nieuwe lichting van honderd kandidaat-piloten weldra zou toegekend worden aan de school van Pau. Toen het gesprek bijna afgelopen was, vroeg ik: "Generaal, zou u aan de lijst niet één naam kunnen toevoegen?" Ik spelde de naam Guynemer. Ik hemelde hem op als een uitstekende kracht, een knap technicus die me al verschillende keren gevraagd had dienst te nemen als vliegenier. Ik drong aan en de generaal vroeg me nogmaals de naam te spellen.
"Wat een gekke naam heeft die kerel. Hij is toch wel in gewapende dienst?"
Ik slikte even maar durft niet achteruit te krabbelen. "Jawel."
"Bon, ik voeg hem aan de lijst toe. Stuurt u me maar zijn documenten."
Ik had er geen enkel, en niet zonder reden.

Georges Guynemer was nu officieel aspirant-piloot.

Ik had zonet zwaar gelogen, maar gezien het feit dat we in oorlog waren, dacht ik dat reglementen overstegen moesten worden om het algemeen belang te dienen. Ik wist echter nog niet hoe ik dit alles zou regelen. Ik liet onmiddellijk Guynemer roepen. Een kwartiertje later stond hij daar, broodje in de hand, besmeurd van kop tot teen. "Guynemer, u bent nu aspirant-piloot. Haal een vliegerskostuum en zet een helm op, ik ga u uw luchtdoop geven."
Het was bitter koud. Guynemer, gek van vreugde, riep:"Onnodig, ik zal geen koud hebben."
Ik gaf hem het bevel mijn kist weer uit de loods te halen, vol te tanken en me op de startbaan op te wachten. Alles ging vliegensvlug. Hij nestelde zich achter mij en we stegen op. Ik voelde me gelukkig in zijn plaats. Hij keek zich de ogen uit op het platteland dat onder onze vleugels weggleed. Na een half uur overvlogen we Lourdes, te midden van de bergen. Daarna keerden we terug. Guynemer had zijn militaire luchtdoop gehad.

Vanaf de volgende morgen, startte de theoretische opleiding. Guynemer kwam in een ploeg van twaalf terecht eerst onder piloot korporaal Weiss, later bij Tarascon. Het liep niet allemaal van een leien dakje. Tot tweemaal toe klaagde Tarascon dat Guynemer veel te nerveus was.
Hij had twee oefentoestellen in de prak gevlogen vooral omdat hij geen rekening hield met de veiligheidsvoorschriften die Tarascom hem probeerde in te stampen.

Toch kwam het einde van de opleiding in zicht. Guynemer behaalde zonder problemen het militair brevet. Eind april trok hij naar de school van Avord waar hij verdere instructies kreeg omtrent verkenningsvluchten, afstellen van de artillerie enz.
Gedurende de stage in Avord kreeg ik een bericht van de commandant van de school. Hij beweerde dat de genaamde Guynemer slecht vloog en veel schade aanrichtte. Hij voelde zich verplicht hem terug te sturen naar zijn wapen…

Dit was natuurlijk een tegenvaller. Ik verzocht hem om niets te ondernemen, lichtte een tipje van de sluier op en kon hem overtuigen van Guynemers drang om te vliegen. Zijn ambitie was mijns inziens zeker de oorzaak van Guynemers nervositeit. Hij werd op 23 maart naar het front gestuurd met het 'Escadrille des Cigognes'…

Ik moet aan dit verslag toevoegen dat de Inspectie van de Vliegscholen meer dan tien maal de vereiste documenten betreffende Georges Guynemer hebben opgevraagd. Ik heb altijd beweerd dat ik ze samen met de andere had opgestuurd en dat zij ze waren kwijt geraakt. Ik geef toe dat ik door de loop der gebeurtenissen de grenzen van de reglementen heb overschreden. Aangezien ik het op mij had genomen om Guynemer via een achterpoortje in de luchtmacht te loodsen, aanzie ik het als mijn plicht, van zodra ik er de kans toe zou krijgen mijn fout te herstellen. Ik deed dit begin 1916. Guynemer was al geruime tijd aan het front. Zijn reeks zegepralen was al begonnen, hij was toen al een legende. Op een dag in Châlons-sur-Marne ontmoette ik generaal Hirschauer. Ik bekende hem mijn misstap. De generaal lachte hartelijk, hij nam me bij de arm en feliciteerde me.

Dit is het ware verhaal over de beginperiode van Guynemer. Alles wat men hierover heeft verteld of willen vertellen is niet de werkelijkheid. Daarom was het nodig dat ik eens en voorgoed de zaken op punt stelde door dit onuitgegeven verhaal te schrijven. Ik heb geen enkel feit niet vermeld.

Op 23 december 1914 schreef Commandant Bernard-Thierry volgend gunstig advies onder de aanvraag van Guynemer:

"Zeer goede jonge soldaat. Uiterst ernstig, zal zeker perfect geschikt zijn als aspirant-piloot. Zeer intelligent, genoot een uitgebreide opleiding. In staat om de opleiding tot aspirant-piloot met vrucht te volgen. Nam vrijwillig dienst voor de oorlog."

Niet alleen het begin van de carrière van Guynemer is merkwaardig, ook over zijn dood bestaan heel wat (tegenstrijdige)versies. We laten enkele protagonisten aan het woord.

1. Willy Coppens, Belgisch piloot

…We beschikken niet enkel het rapport van Bozon-Verduraz, opgetekend in het register van de Spa 3, maar het is gekend dat in 1923 de Duitsers aan de moeder van Guynemer zijn laisser-passer met zijn foto terugstuurden. Een patrouille was tijdens een tocht in het niemandsland bij Poelkapelle op de restanten van de SPAD van Guynemer gestoten. Ze troffen er het lichaam van de piloot aan, maar konden het niet achter de linies brengen. Ze namen enkel de documenten mee die hij op zich droeg…

…Er bestaat nog een ander document: het kaartje, geschreven door Kurt Wisseman aan zijn ouders, waarop hij beweert de grootste Franse piloot neergehaald te hebben. Deze kaart werd aangetroffen in de zakken van de Kurt Wisseman na zijn nederlaag tegen René Fonck…

2. Raymond Collishaw, Canadees piloot

Guynemer steeg op in Saint-Pol-sur-Mer, vergezeld van een van zijn piloten, Bozon-Verduraz. Ze vlogen eerst oostwaarts, dan verder naar het zuiden boven het niemandsland tussen de Duitse en geallieerde linies. Op 4000 meter hoogte ontmoetten ze een Duitse tweezitter. Ze bevonden zich zes mijl ten zuiden van de ruïnes van Poelkapelle. Om 11.30 viel Guynemer de tweezitter aan terwijl Bozon zich naar het westen verwijderde ten einde een Duitse formatie die zich oostwaarts begaf op te houden. Om 11.35 al keerde Bozon terug omdat er geen gevaar meer dreigde, maar op de plaats waar hij Guynemer verlaten had waren er geen vliegtuigen te bespeuren. Hij zette zijn weg verder naar het zuiden maar nergens waren sporen van Guynemer of zijn vliegtuig.

Onderzoek toonde aan dat Guynemer nog in de lucht was gedurende een twintigtal minuten na het vertrek van Bozon. Om 11.55 verschenen drie Duitse jagers boven Poelkapelle: het waren Wisseman, Menckhoff en Schmit van de Jasta 3, dit op een hoogte van 4000 meter. Wisseman bemerkte plots een SPAD die zich losmaakte van een redelijk grote formatie boven hem. Later ontdekten ze dat het ging om een eskader bombardementsvliegtuigen. Het is mogelijk dat Guynemer deze formatie heeft willen aanvallen zonder dat Bozon dit had gezien. Men kan zich ook inbeelden dat Guynemer geraakt werd door een van de bommenwerpers. In elk geval, zijn SPAD dook naar beneden voor de Albatros van Wisseman. Deze laatste dacht dat het om een van de beroemde manoeuvres van zijn Franse tegenstrever ging. Maar wat wel vreemd was: Guynemer schoot niet op hem en bleef maar dalen, zonder zelfs maar de indruk te geven hem gezien te hebben. Wisseman achtervolgde hem verder en volgens zijn eigen woorden: "haalde hem neer met enkele kogels". Zou het niet correcter zijn te denken dat Guynemer al dood was wanneer hij onder de neus van Wisseman dook?

Enkele dorpelingen van Poelkapelle zijn getuige geweest van het neerstorten van het vliegtuig. Ze voerden er voor de Duitsers onder dwang werken uit aan een munitieopslagplaats en aan een tramstation enkele meters ten oosten van het kruispunt waar zich nu het monument bevindt. Toen het toestel zich op een hoogte van honderd meter bevond, sloeg het achterover zodat de piloot uit het vliegtuig gekatapulteerd werd…

3. Luitenant R. Wendler

in het rapport opgetekend door Théodore Ziegler in het dagboek van het Infanterie-regiment 413 uit Stuttgart.

…Mijn bataljon werd de avond van 11 september 1917 teruggetrokken uit de eerste linies. Het hoofdkwartier van het bataljon was gevestigd in een bunker aan de rand van een zwaar beschadigde oorlogsbegraafplaats vlakbij Poelkapelle. De volgende morgen maakte ik mij vluchtig aan het opfrissen was naast de bunker, hoorde ik een geweldig luchtgevecht boven mij. Ik kon de toestellen niet onderscheiden door de dichte bewolking. Een zeer snerpend gefluit deed mijn bloed in de aders stollen. Ik dacht dat er plots een artilleriebeschieting losgebarsten was. Ik dook de bunker binnen. Er volgde geen ontploffing, maar een gekraak van metaal. Uit ervaring wist ik dat dit enkel om een vliegtuig kon gaan dat net zoals vele voorgangers neergestort was in de modder.

Onmiddellijk ging ik met enkele andere jongens op zoek naar het vliegtuig. We vonden een Frans toestel op nauwelijks twee honderd meter van de bunker. Er was geen piloot aanwezig. Ook niet in de onmiddellijke omgeving. Het wrak zat tot een halve meter in de modder. We probeerden enkele stukken los te wrikken. Onder het tuig ontdekten we het lichaam van de piloot in een deerniswekkende staat. In zijn bovenzak vonden we twee naamkaartjes met daarop "Luitenant Guynemer".

Voor zover ik me herinner werd er geen enkel ander document op hem gevonden. De naam Guynemer was me niet onbekend. Ik had al enkele communiqués gelezen waarbij de vijand de loftrompet stak over "Kapitein Guynemer". Ik zei tegen mijn mannen dat we geen geluk hadden. In plaats van de beroemd kapitein Guynemer, de echte dus, hadden we slechts de luitenant gevonden. Misschien was het wel familie. We kwamen pas later te weten dat hij slechts kort hiervoor zijn promotie had gekregen en nog steeds zijn oude kaartjes bij zich had…

Georges Guynemer is ook bekend voor enkele van zijn beroemde uitspraken. Een bloemlezing:

"Oui, il y a des limites aux forces humaines : des limite qu'il faut toujours dépasser!"
"On n'a rien donné quand on n'a pas tout donné"
"On fait plus par l'exemple que par les conseils"
"Ce qu'on appelle chance, je l'appelle Providence"
"Cesser de combattre, c'est déchoir"
"En collectionnant toutes ces croix d'or, on finit par la croix de bois"
"La prochaine fois, ce sera moi"


Palmares van Georges Guynemer
 
Nr Jaar Maand Dag Vertrekbasis
Guynemer
Departement Plaats waar
verslagene
neerstortte
Departem. Promotie
1 1915 Juli 19 Vauciennes Oise Côte 151 Aisne Médaille Militaire
2 1915 December 5 Vauciennes Oise Forêt de Ourscamp Oise  
3 1915 December 8 Vauciennes Oise Beuvraignes Somme  
4 1915 December 14 Vauciennes Oise Couarcy   Croix de Chev. de La Légion d'Honneur
5 1916 Februari 3 Vauciennes Oise Roye Somme  
6 1916 Februari 3 Vauciennes Oise Carrepuis Somme  
7 1916 Februari 5 Vauciennes Oise Frise Somme Onderluitenant
8 1916 Maart 12 Vauciennes Oise Nord de Compiègne Oise  
9 1916 Juni 22 Cachy Somme Rosières Somme  
10 1916 Juli 15 Cachy Somme Villévêque Aisne  
11 1916 Juli 28 Cachy Somme Barleux Somme  
12 1916 Augustus 3 Cachy Somme Barleux Somme  
13 1916 Augustus 17 Cachy Somme Grandcourt Somme  
14 1916 Augustus 18 Cachy Somme Bois-Madame Somme  
15 1916 September 4 Cachy Somme Hyencourt Somme  
16 1916 September 15 Cachy Somme Saint-Christ Somme  
17 1916 September 23 Cachy Somme Erches Somme  
18 1916 September 23 Cachy Somme Laucourt Somme  
19 1916 November 10 Cachy Somme Nesles Somme  
20 1916 November 10 Cachy Somme Morcourt Somme  
21 1916 November 16 Cachy Somme Pertain Somme  
22 1916 November 22 Cachy Somme Saint-Christ Somme  
23 1916 November 22 Cachy Somme Heilly Somme  
24 1916 December 26 Cachy Somme Misery Somme  
25 1916 December 27 Cachy Somme Ouest Péronne Somme Luitenant
26 1917 Januari 23 Cachy Somme Maurepas Somme  
27 1917 Januari 23 Cachy Somme Chaulmes Somme  
28 1917 Januari 24 Cachy Somme Goyencourt Somme  
29 1917 Januari 24 Cachy Somme Lignières Somme  
30 1917 Januari 26 Cachy Somme Monchy Somme  
31 1917 Februari 8 Manoncourt Meurthe-et-Moselle Bouconville Meuse  
32 1917 Maart 16 Manoncourt Meurthe-et-Moselle Serres Meurthe-et-Moselle Kapit. Croix
St-Georges Rus.
33 1917 Maart 16 Manoncourt Meurthe-et-Moselle Hoéville Meurthe-et-Moselle  
34 1917 Maart 16 Manoncourt Meurthe-et-Moselle Règneville Meuse  
35 1917 Maart 17 Manoncourt Meurthe-et-Moselle Attilloncourt Moselle  
36 1917 April 14 Bonnemaison Marne La Neuville Marne  
37 1917 Mei 2 Bonnemaison Marne Courtecon Marne  
38 1917 Mei 4 Bonnemaison Marne Braye Aisne  
39 1917 Mei 25 Bonnemaison Marne Corbény Aisne  
40 1917 Mei 25 Bonnemaison Marne Juvincourt Aisne  
41 1917 Mei 25 Bonnemaison Marne Courlandon Marne  
42 1917 Mei 25 Bonnemaison Marne Guignicourt Aisne  
43 1917 Mei 27 Bonnemaison Marne Condé-sur-Suippes Aisne  
44 1917 Juni 5 Bonnemaison Marne Loivre Marne  
45 1917 Juni 5 Bonnemaison Marne Berru Marne Off. de la Légion d'Honneur
46 1917 Juli 6 Bonnemaison Marne Brimont Marne  
47 1917 Juli 7 Bonnemaison Marne Villers-Franqueux Marne  
48 1917 Juli 7 Bonnemaison Marne Moussy-sur-Aisne Aisne  
49 1917 Juli 27 Saint-Pol-sur-Mer Nord Westrozebeke België  
50 1917 Juli 28 Saint-Pol-sur-Mer Nord Merkem België  
51 1917 Augustus 17 Saint-Pol-sur-Mer Nord Vladslo België  
52 1917 Augustus 17 Saint-Pol-sur-Mer Nord Houthulst België  
53 1917 Augustus 20 Saint-Pol-sur-Mer Nord Poperinge België  

Bibliografie
  • l'Encyclopédie de l'Aviation, Editions Atlas, Mach 1, n° 63 , 'Le chevailler du ciel' p. 1236
  • Georges Guynemer, 'A la commeration de la 60e anniversaire de sa disparition à Poelkapelle en Belgique', Pierre Lhermitte, Imprimmerie de l' orléanais , le 15 septembre 1977
  • Poelkapelle se souvient, G. Gynemer 1917 - 1982, Pierre Lhermitte, Imprimmerie de l' orléanais, le 10 septembre 1982
  • Shrapnel, themanummer: "De oorlog in de lucht", Frans Descamps, juni 2004
  • Fighters 1914-19 , The Pocket Encyclopaedia of Wold Aircraft in Color by K. Munson , London Blandfort Press Ltd. , 1968 p 46-47 (Spad VII - Spad XIIIC.1)
  • Documentatie en foto's: Frans Descamps, Ieper