Albert I,… koning in goede en slechte tijden
  • Geboren: Brussel, 8 april 1875 - 2de zoon - 5de kind - van prins Philippe, Graaf van Vlaanderen, de broer van Leopold II en van prinses Marie van Hohenzollern-Sigmaringen.
  • Gehuwd: op 2 oktober 1900, met hertogin Elisabeth, hertogin van Beieren
  • Verblijfplaats: Residentie van de markies Van Assche, huidige rekenhof - na ambtsaanvaarding: paleis van Laken
  • Kinderen: Leopold, Karel, Marie-José
  • Beroep: koning der Belgen sinds 23 december 1909
  • Overleden: Marches-les-Dames, 17 februari 1934
Het is al 70 jaar geleden… Voor sommigen nog altijd een trieste herinnering, het alpinismeongeval van koning Albert I. En omdat hij als koning zo nauw verbonden was met het Veurnse oorlogsgebeuren, blikken wij vandaag terug op deze periode.

We schrijven 1914. Duitsland had zijn oog laten vallen op Frankrijk. Maar hiervoor moesten ze over Belgisch grondgebied. Onze overheid weigerde toestemming te geven en op 4 augustus verklaarde Duitsland ons de oorlog. Onze soldaten trokken zich terug achter de IJzer en koning Albert I maakte het stadhuis tot zijn hoofdkwartier. Hij belegde er een vergadering met de Franse president Poincarré en de Engelse koning Georges V om de plannen te bespreken om de opmars van het Duitse leger te stuitten. Het was in de Albertzaal - waar nu maandelijks de gemeenteraad vergadert - dat Karel Cogge, toezichter bij de Noordwatering, zijn plan kwam uitleggen om de IJzervlakte te laten overstromen. Eind oktober werd het gebied tussen de spoorwegbedding Nieuwpoort-Diksmuide en de IJzer onder water gezet. Door dit manoeuvre kon het Belgische leger 4 jaar stand houden.



Begin 1915, toen bleek dat de IJzerslag een volledig succes geworden was, verhuisde het hoofdkwartier van het Belgische leger naar de pastorie van Houtem. In de onmiddellijke nabijheid werd een volledig vliegveld aangelegd. De koning zelf trok daarbij regelmatig het vliegenierskostuum aan om persoonlijk vanuit de lucht de frontlinie te verkennen.

Het is intussen 90 jaar geleden. Er zijn er nu allicht geen meer, maar tot voor kort wisten de oudste streekgenoten nog te vertellen hoe ze Albert I op zijn paard quasi-dagelijks de verplaatsing zagen maken van de villa Maskens in De Panne, waar de koninklijke familie verbleef, naar het hoofdkwartier te Houtem. Soms sprak de vorst een eenvoudige landarbeider aan, die eerbiedig met de pet in de hand voor het koninklijke escorte opzij gegaan was. Een herinnering die hem veelal zijn hele leven lang bijgebleven is.



Houtem was in die jaren 1915-1918 even het middelpunt van het vrije België. Het is daar dat koning Albert voortaan de geallieerde legeraanvoerders ontmoette, legerschouwingen organiseerde, verdienstelijke militairen decoreerde enz. Veurne bleef zoveel mogelijk vrij van militairen, om geen beschietingen op het stadspatrimonium uit te lokken. Toch zagen de Veurnaars nog regelmatig koning Albert en koningen Elisabeth in de stad, waar ze persoonlijk de vernietiging van monumenten kwamen inschatten, of de Sint-Niklaastoren beklommen om van daaruit het front in ogenschouw te nemen. Koningin Elisabeth profiteerde ervan om heel wat foto's te trekken, want ze was een goede en begeesterde amateur-fotografe.

De koningin was trouwens actief bij de oorlogssituatie betrokken. Zo steunde ze de oprichting van een belangrijk hospitaal o.l.v. dokter Depage te De Panne in het vroegere hotel "L'Océan". Later werd een bijhuis in Vinkem opgericht met dezelfde naam. Het is daar dat de bekende Vlaamse kunstenaar Joe English zou sterven.



Intussen ging het gewone leven zo goed en zo kwaad mogelijk verder. In september 1915 werd in Wulveringem op initiatief van koningin Elisabeth de "School van de Koningin" ingericht voor kinderen die in het gevaarlijke frontgebied woonden. Er waren twee afdelingen: in de "School Marie-José" konden jongens en meisjes van 3 tot 8 jaar terecht, in de "School Charles Théodore" werd les gegeven aan kinderen van 8 tot 15 jaar. Tussen beide was er een kapel, waar prinses Marie-José in 1916 zoals de andere schoolkinderen haar Plechtige Communie deed.

In 1917 stierf stafchef Wielemans. Hij werd begraven te Houtem, waar hij nog steeds rust. Zijn begrafenis werd bijgewoond door tal van militaire prominenten, waaronder koning Albert en minister van Oorlog de Brocqueville. De bevolking zelf moest op de achtergrond blijven.



Nog in 1917 namen de Engelse troepen de sector Nieuwpoort over van het Belgische leger, met inbegrip van De Panne. Daarom pakte de koninklijke familie op 16 augustus alles in om naar De Moeren te verhuizen, dat in de Belgische sector lag. In het kasteel Sint-Flora betrok koning Albert een eenvoudige kamer. Voortaan was het dus ook naar De Moeren dat de geallieerde bevelhebbers, zoals de Franse maarschalk Joffré, zich richtten voor een onderhoud met de Belgische vorst. Koning Elisabeth legde het gebeuren weer meermaals vast op de gevoelige plaat.

Dit alles duurde tot in 1918, toen de geallieerde troepen aan hun zegevierende opmars begonnen. De koninklijke familie hield een triomfantelijke intrede in Brussel, Houtem verzonk opnieuw tot zijn vroegere staat van rustige plattelandsparochie, in Veurne werd begonnen aan de heropbouw van wat verwoest was.



Zelfs na de oorlog bezocht koning Albert I verschillende keren onze stad. Hij was aanwezig toen de Franse Premier Poincaré het Frans Oorlogskruis met Palm aan onze stad toekende. En ook bij de honderdste verjaardag van de Belgische onafhankelijkheid vereerde hij ons met een bezoek, deze keer om hulde te brengen aan het borstbeeld van Karel Cogge - de opzichter van de Noordwatering was onmiddellijk na de Ijzerslag tot ridder in de Leopoldsorde geslagen.

Het is bij één van die bezoeken, in 1919, dat de burgemeester aan de koning toevertrouwde dat de stad Veurne hem een beetje als één van zijn burgers beschouwde. Voorzichtig durfde hij het aan te vragen of koning Albert er niets voor voelde om door de stad tot ereburger aanvaard te worden. Waarop de koning - volgens het gemeenteraadsregister, waarin het ereburgerschap officieel beschreven staat - de onsterfelijke woorden uitgesproken zou hebben: "Volgaarne!".

De dood van koning Albert I werd op het stadhuis van Veurne herdacht op 17 februari 2004.

Bron: Info Veurne, februari 2004