In het Praatbos hadden de Duitsers een verbandpost. Daar ontstond het Soldatenfriedhof Vladslo. Na de Eerste Wereldoorlog werd het uitgebreid en sinds 1957-1958 is het een verzamelbegraafplaats zoals die in Langemark en in Menen. Bijna 22.000 graven werden naar hier overgebracht vanuit 61 Belgische plaatsen. Onder de eiken rusten 25.638 Duitse doden.
De eindeloze rijen platte, grijze grafstenen in het grasveld en vooral het 'Treurende ouderpaar' van de Duitse beeldhouwster Käthe Kollwitz, maken dit tot een van de indringendste militaire begraafplaatsen. Hier geen helden, geen roem; alleen een veelzeggende stilte, een stille aanklacht. Op een van de platen voor het beeld vindt men de naam Peter Kollwitz terug: de zoon van het 'Treurende Ouderpaar'.
(Bron: Roger Verbeke, "Monumenten getuigen: militaire begraafplaatsen en gedenktekens" in "De IJzer")