Soldaat Peaceful
Michael Morpugo
Soldaat Peaceful
Bekroond met de Red House Children’s Book Award
Shortlist Carnegie Medal
Shortlist Whitbread Children’s Book Award
Longlist Guardian Children’s Fiction Prize

Toespraak van Willem Verhulst n.a.v. de voorstelling van het boek op 24/09/2004 te Ieper

Oorlog… wat heb ik daar mee te maken? Niets, gelukkig. Maar enkele van mijn familieleden helaas wel:

Mijn grootvader

Mijn Ierse grootvader heeft in beide wereldoorlogen gevochten. Tijdens de Tweede Wereldoorlog liep hij tuberculose op, waaraan hij in 1947 is overleden. Ik heb hem nooit gekend.
 
Mijn vader

Tijdens de Tweede Wereldoorlog was mijn - eveneens Ierse - vader o.a. navigator aan boord van een Britse bommenwerper. Net als zijn vader dertig jaar eerder, ging hij als vrijwilliger in dienst. Bij mijn zus hangt een kastje aan de muur met daarin zes medailles, waaronder die van de Battle of Britain en de Africa Star. Aan het eind van de oorlog heeft hij de bevrijding van een concentratiekamp meegemaakt, wat hem voor de rest van zijn leven heeft getraumatiseerd.

Ik ben in Nederland opgegroeid bij pleegouders. Een van mijn vroegste jeugdherinneringen betreft een doos met glazen platen, die je in een toverlantaarn kon schuiven, waardoor je op de muur afbeeldingen kon projecteren. Ik herinner me scènes van een loopgravenoorlog, kanonnen en soldaten met lange jassen. Mijn pleegvader was negen jaar toen de Eerste Wereldoorlog ophield. Zijn ouders moeten die plaatjes kort daarna hebben aangeschaft.

Mijn vader en mijn pleegvader zijn inmiddels ook overleden. De toverlantaarn en de glazen platen zijn bij de watersnoodramp van 1953 verloren gegaan. Ik sta hier, letterlijk en figuurlijk, als het product van mijn voorouders. De invloed die de oorlogen van de 20ste eeuw op hun leven heeft gehad, draag ik met me mee, als genetisch materiaal en als gevolg van mijn opvoeding. Daarnaast ben ik een product van de tijd waarin ik ben opgegroeid, de jaren zestig. Op de middelbare school maakte ik kennis met een gedicht van John MacCrae, In Flanders Fields, waaraan het museum waar wij ons vanavond bevinden zijn naam dankt 'The torch be yours to hold it high', zo luidt een regel uit dat gedicht. Een fakkel overnemen? Mooi niet, dus: Make Love, Not War: dat was de leuze uit die tijd. Ik werd pacifist. Ik had altijd al belangstelling voor geschiedenis gehad en las een aantal boeken over de Eerste Wereldoorlog. De gruwelen van de loopgravenoorlog, waarbij in een uur tijd duizenden doden vielen, was iets dat ik nooit heb kunnen bevatten. Waarom doen mensen dit? De grote Ierse schrijver James Joyce zegt het zo: 'Al die ellendige twisten, die maar kwaad bloed zetten vanwege een of andere agressiviteitsknobbel of -klier, en waarvan men verkeerdelijk aannam dat het ging om een punt van eer of een vlag, waren, naar [Blooms] bescheiden mening, in hoge mate een kwestie van geld, dat overal achter zat, hebzucht en afgunst, omdat de mensen nooit van ophouden wisten.'

Hopelijk is ons verenigd Europa een eerste stap op weg naar een wereld waarin we met elkaar in vrede kunnen leven. Hopelijk zal de verkeerde werking van de agressiviteitsknobbel van een of andere gek in Europa nooit meer mensenlevens eisen. Misschien kan het boek dat hier vanavond wordt gepresenteerd daar op een bescheiden manier aan bijdragen. In 'Mijn Kleine Oorlog' schreef Louis Paul Boon: 'Schop de mensen tot ze een geweten krijgen'. Als dit boek de lezers er op een of andere manier van kan doordringen dat, zoals Piet Chielens schreef in zijn essay over de Ierse dichter Francis Ledwidge: 'Het aanvaarden van elkaars verschillen, van verschillende achtergronden en afwijkende loyaliteiten kortom van het complexe van samenleven, een enorme stap [is] naar echte vrede en verdraagzaamheid', dan is dit boek een - figuurlijke - trap in de goede richting.

Francis Ledwidge: tijdens het vertalen drong zich een lied aan me op. Het was een gedicht van deze Ierse dichter en soldaat, dat door de Ierse zanger Seán Tyrrell van muziek is voorzien. Hij zong het bij de vredesconcerten hier in Passendale, een jaar of vijf geleden. 'The Dead Kings', zo heet het gedicht, en naarmate de vertaling steeds meer vorm begon te krijgen, klonk ook steeds de stem van Seán Tyrrell duidelijker in mijn hoofd. De dode Ierse koningen doen de dichter in een droom hun verhaal over hun glorierijke verleden, totdat hij wakker schrikt van het kanongebulder:
 
The Dead Kings
All the dead kings came to me 
At Rosnaree, where I was dreaming, 
A few stars glimmered through the morn, 
And down the thorn the dews were streaming. 
And every dead king had a story 
Of ancient glory, sweetly told. 
It was too early for the lark, 
But the starry dark had tints of gold. 
I listened to the sorrows three 
Of that Eire passed into song. 
A cock crowed near a hazel croft, 
And up aloft dim larks winged strong. 
And I, too, told the kings a story 
Of later glory, her fourth sorrow: 
There was a sound like moving shields 
In high green fields and the lowland furrow. 
And one said: "We who yet are kings 
Have heard these things lamentingly". 
Sweet music flowed from many a bill 
And on the hill the morn stood queenly. 
And one said: "Over is the singing, 
And bell bough ringing, whence we come; 
With heavy hearts we'll tread the shadows, 
In honey meadows birds are dumb." 
And one said: "Since the poets perished 
And all they cherished in the way, 
Their thoughts unsung, like petal showers 
Inflame the hours of blue and grey." 
And one said: "A loud tramp of men 
We'll hear again in Rosnaree." 
A bomb burst near me where I lay. 
I woke, 'twas day in Picardy.

Het gedicht is gedateerd 'januari1917'; in juli van datzelfde jaar kwam Ledwidge bij een beschieting aan de Carrefour des Roses, bij Boezinge, om het leven. Op die plaats staat nu een monument, dat aan zijn zo zinloos en veel te vroeg geëindigde leven herinnert.

Ik zei aan het begin dat ik niets met de Eerste Wereldoorlog te maken had, maar bij het lezen en het vertalen van Soldaat Peaceful besefte ik eens te meer dat ik, en u, wij allemaal, via onze voorouders het product zijn van een verleden waar die zinloze oorlog deel van uitmaakt, en dat het onze taak is om, als schrijvers, uitgevers en vertalers, de jonge lezers ervan te doordringen dat zoiets nooit meer mag gebeuren. Ook in die zin kan een boek levens verrijken… Namen als Diksmuide, Langemark, Poperinge en Zonnebeke bezorgen mij nog altijd een huivering, een huivering die ik tijdens het vertalen heel sterk voelde en die me bij het werken aan dit boek heeft geïnspireerd. Het schrijnende contrast tussen het idyllische leven op het Engelse platteland aan het begin van de vorige eeuw en de modder, de dood en de ellende die de gebroeders Peaceful, door een wrede, hardvochtige Engelse landheer daartoe gedwongen, in Vlaanderen meemaken, waren voor mij de belangrijkste gegevens waar ik me op moest concentreren. Ik hoop dat ik er in ben geslaagd om iets van de zinloze, huiveringwekkende misère van de strijd in dit land, waar 'between the crosses, row on row', nog altijd de klaprozen bloeien ook in de vertaling tot zijn recht te laten komen.

Walter Soethoudt van Uitgeverij Facet en ik kennen elkaar al vele jaren. Ik heb bewondering en respect voor de manier waarop hij steeds weer jeugdboeken weet te vinden die de lezers een boodschap meegeven. En Walter weet ook dat daarvoor vertalers nodig zijn die bereid zijn om zich in een verhaal in te leven. Ik heb zelfs, via Walter, Piet Chielens om raad gevraagd om een paar historische feiten in het verhaal kloppend te krijgen - over de opleidingskampen in Engeland en Frankrijk, de inrichting van de loopgraven en het gebruik van gasmaskers: allemaal zaken die de lezers, zeker in België, met kritische aandacht zullen lezen. De hulp die ik daarbij heb gekregen overtrof al mijn verwachtingen, en ik wil daarvoor Piet Chielens nogmaals vanaf deze plaats heel hartelijk danken.

Het heeft ook een hele tijd geduurd voordat dit boek me losliet. Als vertaler moet je op een gegeven moment weer verder met een volgend boek, met een nieuw verhaal met nieuwe hoofdpersonen, en met weer een andere vertellersstem en moet je - wellicht - ook weer een ander aspect van je eigen levenservaring onder ogen zien. De Dode Koningen moesten zwijgen… maar hoe? Piet Chielens is ook degene geweest die Seán Tyrrell op die 'Dead Kings' attent heeft gemaakt. Toen Walter en zijn vrouw een paar maanden geleden op vakantie waren in Fanore, het dorpje aan de Ierse westkust waar ik woon en werk, hebben we samen een optreden van Seán Tyrrell bijgewoond. Op ons verzoek bracht Seán die avond 'The Dead Kings' ten gehore: 'A bomb burst near me where I lay, I woke, 'twas day in Picardy.' Op dat moment voelde ik dat daarmee iets was afgerond en kon ik pas het verhaal loslaten…

Ik hoop dat het lezen van Soldaat Peaceful u, en hopelijk ook vele jonge lezers met u, tot nadenken stemt over het zinloze geweld in de wereld waarin wij nu leven. Want het verhaal over de gebroeders Peaceful is méér dan een stukje verleden, zoals literatuur, en daarmee bedoel ik ook jeugdliteratuur, méér is dan alleen maar 'het verhaal op zich': het houdt ons een spiegel voor, waarin we onze eigen normen en waarden gereflecteerd zien. Als die spiegel barst, gaat een deel van onze beschaving verloren… Laat dit boek voor jonge lezers, naast een aangrijpend, dramatisch verhaal, ook een verrijking zijn, waardoor hun inzicht in onze 'condition humaine' wordt verdiept.

Ik dank u hartelijk voor uw aandacht.

Willem Verhulst
Fanore, september 2004

--------------

Over Soldaat Peaceful en alle anderen. Bij afwezigheid van een schrijver

Dames en heren, welkom in Ieper. ik had hier veel liever het woord aan Michael Morpurgo zelf gegeven, maar de Children's Laureate, de tijdelijke keizer van het kinderboek in Groot-Brittannië, zeg maar, heeft het niet onder de markt met zijn missie. Hij is nu iets over halfweg in zijn legaat en aldoor de hort op voor telkens weer een ander project of interview. U moet er de Children's Laureate website maar eens op nakijken (http://www.childrenslaureate.org), dan zie je hoe druk dat ambassadeurschap voor het kinderboek wel is. Naar Ieper komt Michael voor het eerst weer op 8 & 9 november. Voor alweer een interview i.v.m. de Eerste Wereldoorlog en alweer voor wat jongeren daar vandaag mee (kunnen) doen. In dit geval wordt het een aflevering van Go4It, het jongerenprogramma van BBC Radio Four [met Chris Wilson en Jane Chambers, elke zondagavond om 19.15u].

Het zal dan de vijfde keer zijn dat ik Michael in deze stad mag begroeten. Morpurgo is echt gebeten om steeds weer naar Ieper te komen. Deze (hoofd)stad van de herdenking van de Eerste Wereldoorlog laat hem niet los, omdat die oorlog zelf hem gewoon niet loslaat. Dat merk je aan een groeiend aantal van zijn boeken, die we voluit moeten rekenen tot de beste hedendaagse literatuur over de Eerste Wereldoorlog. Ik maak wat dat betreft geen onderscheid tussen jeugdliteratuur en 'echte' literatuur. Het thema oorlog en vrede is voor ieder even belangrijk, ongeacht de leeftijd, en Michaels boeken kunnen evengoed gelezen worden door volwassenen als door jongeren.

Ik leerde Michael Morpurgo kennen van het prachtboek "War Horse" dat ik van een Engelse vriendin kreeg in 1997. Het boek was dan al bijna 15 jaar oud en vertaald in wel twintig talen, waaronder het Nederlands, maar met die gekke boekenwereld hier waar een zogenaamd kinderboek nog niet eens bekeken mag worden door een zogenaamde volwassene (tenzij hij of zij er met de kerst een koopt voor zijn kinderen), had ik er nog nooit eerder van gehoord. "War Horse" is een aangrijpende hommage aan de meer dan één miljoen paarden en muildieren die stierven - sneuvelden - tijdens de Eerste Wereldoorlog. Toen Berlinde De Bruyckere hier in het museum haar inmiddels wereldberoemde dode paarden maakte, als artist in residence in 2000, gaf ik haar "War Horse" te lezen. Ze was er even door bewogen als ik, meen ik. Ik denk dat het samen met het hier voorliggende "Private Peaceful" mijn favoriete Morpurgo-boek is.

Ik ontmoette de auteur van "Oorlogspaard" (Ploegsma heeft het inmiddels niet meer in zijn fondslijst staan, helaas) in eigen persoon tijdens de Europese conferentie van Oorlog en Jeugdliteratuur die hier in september 2000 doorging. Annemie Leysen en Annemarie Viaene en hun vriendinnen hadden het puikje van de jeugdliteratuur uit Vlaanderen, de USA, Engeland en Portugal verzameld in Ieper. Onder hen ook de auteurs van "Billy the Kid": een boek dat half bij Chelsea Veterans en half bij Chelsea Football club speelt, en vnl. een verhaal van de Tweede Wereldoorlog is. Michael Morpurgo schreef het, en die andere machtige Michael, de Britse illustrator Michael Foreman, tekende. Nadat Michael al naar de Kippe was gegaan, om de reeds hiervoor door Walter Soethoudt aangehaalde reden, vroeg hij mij om hem en Michael Foreman ook de plek van de fameuze voetbalmatch tijdens het kerstbestand van 1914 te laten zien. Beiden waren merkwaardig stil op de terugweg van Ploegsteert, herinner ik mij. En Morpurgo zei dat hij zeker terug zou komen.

Dat gebeurde anderhalf jaar later, in april 2002. Hij wilde zich door mij laten rondleiden door de schimmige wereld van de executies van de Eerste Wereldoorlog. Het gaat dan niet over terreur tegen burgers, maar over de dood door 'friendly fire', door kogels uit eigen rangen, voorbestemd voor deserteurs en zogenaamde lafaards. Michael was vergezeld door zijn vrouw Clare, met wie hij jarenlang de Farms for City Children had gerund vlakbij bij hun huis in Iddesleigh, Devon. Nu ze de boerderij hadden overgelaten, was er voor beiden wat meer tijd om te reizen. Het waren twee zeer genoeglijke dagen. Zei ik u al dat Michael Morpurgo een prachtig verteller is? Of neemt u dat zomaar aan van een auteur die meer dan 100 boeken heeft geschreven? Maar goed, hij was er vooral 'to pick my brains'. We bezochten enkele begraafplaatsen, enkele plekken van executie: Dickebusch Huts, de dodencellen in Poperinge, en hij vroeg me naar enkele van de zaken die mij het meest hadden getroffen in dit toch nog altijd vrij verborgen hoofdstukje Eerste Wereldoorlog. Dat was alles. Meer mocht het ook niet zijn, want dat zou zijn eigen verbeelding kunnen afremmen. Eén verhaal had hem zeer getroffen, zei hij bij het afscheid, en een naam die hij had gezien op een grafsteen liet hem niet meer los.

Toen we hem, als kleinzoon van de inmiddels niet langer beroemde Belgische dichter Emile Cammaerts, een jaar later uitnodigden om in de voetsporen van zowel zijn grootvader als zijn grootmoeder, recitant te zijn bij de uitvoering van 'Carillon' op de vijfde verjaardag van het museum, tijdens het concert met de muziek uit het 'King Albert's Book', vertelde hij dat zijn nieuwe boek af was. Ik was verbaasd en blij. Hij vroeg me nog één gunst. Mocht hij terugkeren enkele maanden later, met wat Britse journalisten, en kon ik hem en de anderen dan het graf van Pte. Peaceful tonen? Pte. Peaceful ? Hadden we hem dan bezocht? Ik moest het even opzoeken op de website van de War Graves Commission. Er stierven maar twee mensen met die naam in de Eerste Wereldoorlog, één aan de Somme op 1 juli 1916, en de andere op 4 juni 1915 bij Ieper. Die T. Peaceful ligt nu begraven op Bedford House Cemetery, maar lag eerst begraven in de stad, in de tuin van het H.Hartinstituut. Michael had zijn headstone terloops gezien toen we in april 2002 door Bedford House liepen. Zo moest zijn antiheld heten in het verschrikkelijke verhaal van de executies.

Ik was benieuwd maar ook een beetje angstig om het boek te lezen. Stel dat het niets was, het zou tenslotte een vertelling worden waarvan je vooraf al de slechte afloop kende … Stel dat het onzorgvuldig was in zijn historische evocatie - oh die stuitende 'kleine' fouten altijd weer. Stel dat het onhandig was in het aanvoelen en verbeelden van de tragedie van de executies. Stel… stel je niet aan, 'oh you, of little faith'…
Twee maand later wist ik beter. Ik ontving het boek een week voor de journalisten kwamen en kon hen niet alleen het graf van Peaceful wijzen maar ook uit de grond van mijn hart zeggen dat ik het boek in één ruk had uitgelezen, dat ik het zeer authentiek vond en historisch bijzonder correct. Voor wie een oorlogsboek wil lezen is het ook een prachtige oefening in geduld. Net als Siegfried Sassoon in de Sherston Trilogy , neemt Morpurgo ruim de tijd vóór hij zijn held naar de oorlog laat vertrekken. Maar naar die fijn getekende dagen van jeugdig geluk op het Zuid-Engelse platteland, van de sublieme relaties tussen Tommo en Charlie en Molly en Big Joe, blijf je in de rest van het boek hevig terugverlangen. Net zo hard als Tommo Peaceful zelf. En Morpurgo kent zijn klassiekers. De veldmuis van Robert Burns, dat 'wee beastie' van Schotse identiteit, dook niet alleen op bij Edmund Blunden bijMouse Trap Farm (Ieper), op 31 juli 1917, maar ook hier. Net zo kan de beschrijving van de beleving van de gasaanval in dit boek alleen komen van iemand die terecht meent dat Wilfred Owens gedichten heel letterlijk kunnen begrepen worden. Om u maar enkele kwaliteiten van deze tekst te noemen.

Ik liet me zo meevoeren door het verhaal dat ik eigenlijk niet echt natelde en -spelde of alles ook wel historisch kon. Dat deed ik pas toen vertaler Willem Verhulst me enkele heel precieze vragen stelde. Vandaag kan ik met de hand op het hart zeggen, dat alles is nageteld en alles zo had kunnen verlopen zoals het werd opgeschreven door Michael Morpurgo. En oh ja, mocht je nog altijd denken dat het een verhaal is waarvan je vooraf weet hoe het (slecht) zal aflopen, begin dan maar gelijk vanavond te lezen… (het loopt toch nog anders).

Ik hoop dan ook dat "Soldaat Peaceful" omwille van deze verdiensten, in veelvoud de weg vindt naar lezers in Vlaanderen en Nederland. Ik dank vertaler en uitgever voor hun zorgzame en liefdevolle werk. Dit onderwerp verdient het, nee, dit onderwerp heeft het nodig. In de laatste vier, vijf jaar heeft er een soort revisionisme i.v.m. de Eerste Wereldoorlog de domkop opgestoken. Daarbij werpen sommige militaire historici zichzelf op als de échte spreekbuis van de 'gewone soldaat', en dit ten nadele van 'war poets' en andere 'softies' die vonden en vinden dat het kanonnenvoer van Ieper en de Somme slachtoffers van de geschiedenis en van de macht zouden zijn. In hun ogen is dat onterecht, want waren het allemaal helden, die graag soldaat waren en vaak beter af in de loopgraven dan op het land of in de fabriek. En die geëxecuteerden vormden daarop de uitzondering: zij waren inderdaad deserteurs en lafaards, waarvoor ook vandaag geen gratie mag bestaan omdat zij de helden, hún helden, in de steek lieten.

Tegen dit revisionisme dat met name in het Engelse taalgebied sterk is, maar ook in Vlaanderen in zeer verdachte hoek vrienden heeft, werpt deze tekst een dam op. De hele problematiek van de doodstraf voor eigen soldaten heeft immers niet zoveel te maken met schuld en boete, met heldendom of lafheid. Het toont ons het systeem van de dodenmachine die oorlog is, op zijn weke onderbuik. Doden, altijd weer doden, daar gaat het in een oorlog om: wie er één doodt, doet zijn plicht; vanaf twee ben je al een held; doodt je er duizend wordt je waarschijnlijk een oorlogsmisdadiger, en dat moet dan worden stilgehouden; maar doodt je er geen, dat is het ergste, dan moet dat van de daken worden geschreeuwd en te schande gesteld, en dan wordt je zelf doodgemaakt door je eigen makkers. Of zoals Rudyard Kipling het neerschreef in een van zijn onnavolgbare epitafen : "I could not look death, which being known, men led me to him, blindfold and alone." ("Ik kon de dood niet in de ogen zien. Toen dit geweten was, leidde men mij voor hem, geblinddoekt en alleen.") Doden moet je, zo werkt nu eenmaal oorlog. Zo mag de oorlog niet werken natuurlijk, enfin, zo werkt hij toch, maar zo mogen wij, publiek, er natuurlijk niet over denken. Want de oorlog moet toch vooral een goed ding lijken, verschrikkelijk radicaal maar beheersbaar, lees: toepasbaar, inzetbaar, uitvoerbaar.

Na eerlijke analyse blijken de uitgevoerde doodstraffen van de Eerste wereldoorlog alleen maar dat: dwaze staaltjes van groteske ten uitvoer stelling. Helpen deed het voor geen meter, het was gewoon slecht management, van slechte smaak, van leiders die de oorlog maar heel slecht onder controle hadden, maar daar naar aloude gewoonte anderen voor lieten opdraaien.

De warme manier van vertellen door Michael Morpurgo ten voordele van de slachtoffers van deze slechte controle, laat daarover weinig onduidelijkheid bestaan. In deze tijd van revisionisme (die steeds meer een afspiegeling lijkt van de algemene versimpeling van het denken en zo van de verzuring van onze samenleving), is het dus belangrijk dat op die manier over oorlog wordt verteld. "Private Peaceful", en vanaf vanavond dus ook "Soldaat Peaceful", is daarom niet alleen een mooi en ontroerend boek, maar ook een noodzakelijk.

Piet Chielens

Technische gegevens:
  • ISBN 9050164366
  • Auteur: Walter A.P. Soethoudt
  • 15,95 EUR
  • Uitgever: Facet - Antwerpen

Gepubliceerd 24/09/2004.