Bekend bij God en de Duitsers
Dirk Decuypere
Twee Canadese piloten die in 1917 tijdens voorbereidende operaties op de Slag bij Mesen en de Derde Slag bij Ieper om het leven kwamen, werden pas een eeuw later officieel geïdentificeerd. Lieutenant Lindsay Drummond en Second Lieutenant Robert Bennie krijgen hierdoor op 18 mei 2017 een graf op naam tijdens een plechtigheid op Cement House Cemetery in Langemark-Poelkapelle. ’s Namiddags volgt de onthulling van een monument voor hen in Geluwe, de gemeente waar ze crashten.
Vanaf begin mei 1917 stuurden de geallieerden steeds meer troepen naar de Ieperboog om eerst de heuvelrug Mesen-Wijtschate in te nemen en daarna de heuvelrug bij Passendale en het bos van Houthulst. Deze dubbele massale aanval zou de geschiedenis ingaan als de Slag bij Mesen (7-14 juni 1917) en de Derde Slag bij Ieper (31 juli-10 november 1917). In de weken vóór 7 juni 1917 voerden vliegtuigen van het Royal Flying Corps (RFC) heel wat verkenningsvluchten uit en vielen ze ook geregeld Duitse observatieballons aan.
In de avond van 18 mei 1917 stijgen in Bailleul (F) zes Nieuport-tweedekkers van Nr. 1 Squadron op (Frankrijk) met als opdracht zoveel mogelijk Duitse observatieballons te vernielen ten zuidoosten van de Ieperboog. Op hun vleugels zijn brandraketten gemonteerd. Ondanks die sterkere vuurkracht kunnen ze uiteindelijk toch maar één ballon in brand schieten en worden drie tweedekkers neergehaald.
De Canadese Lieutenant Lindsay Drummond valt die avond vanop zeer lage hoogte de ballon boven het gehucht Terhand (Geluwe) aan. Hij schiet zonder succes zijn mitrailleur leeg, vuurt zijn acht brandraketten af en wordt tijdens een laatste aanval met zijn lichtkogelpistool door een mitrailleur vanop de grond in het hart getroffen. Na zijn crash wordt hij begraven op de Duitse begraafplaats van Terhand.
Op 5 juni 1917 stijgen acht Sopwith Strutter- tweedekkers van 45 Squadron op in Sainte-Marie-Cappel (F) voor een fotoverkenningsvlucht naar het station van Menen. Onmiddellijk na het nemen van de foto’s vatten ze de terugweg aan maar krijgen zestien Duitse jachttoestellen op de nek. De Duitse jagers behoren tot de entourage van Manfred van Richthofen (de Rode Baron) en halen tussen Menen en Geluwe drie tweedekkers naar de grond. Twee toestellen gaan brandend neer. In één ervan zitten Second Lieutenant Robert Bennie en zijn waarnemer Lieutenant Thomas Metheral (beiden Canadezen), die zonder valscherm naar hun dood springen. Ook zij worden op de Duitse begraafplaats van Terhand begraven.
Eind 1955 worden de drie Canadezen overgebracht naar Cement House Cemetery in Langemark. Omdat de Duitsers indertijd enkel de naam van Metheral correct registreerden, krijgt alleen hij een graaf op naam.
In 2004 begon Geluwnaar Dirk Decuypere in binnenlandse en buitenlandse archieven een intense zoektocht naar bewijsmateriaal met de bedoeling ook Drummond en Bennie een bekend graf te geven. Hij diende een rapport in bij het Britse Ministerie van Defensie, dat in februari 2017 zijn bevindingen aanvaardde, waardoor beide piloten als officieel geïdentificeerd werden beschouwd.
Op 18 mei 2017, om 11 uur, worden hun nieuwe grafstenen herwijd op Cement House Cemetery, Boezingestraat 148, Langemark (organisatie Britse Ministerie van Defensie).
Om 15 uur wordt langs de Kampstraat in Geluwe een monument voor Lindsay Drummond onthuld op de plaats waar hij dag op dag een eeuw geleden crashte. Om 16 uur wordt aan de Magerheidstraat 111, Geluwe, een monument voor de andere twee Canadezen onthuld.
In Geluwe ondersteunt de Koninklijke Muziekkapel van de Belgische Luchtmacht en een eredetachement van de Luchtcomponent de plechtigheid.
Zowel in Langemark als in Geluwe zal de familie van de drie Canadese vliegeniers aanwezig zijn. De gemeenten Wervik en Langemark-Poelkapelle staan in voor de algemene organisatie van deze Canadese herdenkingsdag.
Dirk Decuypere schreef een boekje over de gebeurtenissen van 18 mei en 5 juni 1917, dat vanaf 22 mei voor 10 Euro te koop ligt in het Nationaal Tabaksmuseum, het Erfgoedcentrum in Wervik en bibliotheken van Wervik-Geluwe.
Gepubliceerd 12/05/2017.